Heb jij jouw bruiloftskleed al?  -  Wim de Vries
Matth.22:12 

Bookmark and Share 




Stralend wacht de koningsdochter binnen, van goudbrokaat is haar mantel. Een kleurige stoet brengt haar naar de koning, in haar gevolg de meisjes, haar vriendinnen. Zij worden naar hem toe gebracht; begeleid door gejuich en vreugdezang gaan zij het paleis van de koning binnen. Psalm 45:14-16

Jezus is vol verlangen naar Zijn Bruid. Hij wil graag komen, maar wacht totdat de Bruid gereed is.
Totdat zij roept: Jezus, Bruidegom, Kom! Dan vindt het bruiloftsmaal plaats.

Een van de laatste verzen uit de Bijbel is: De Geest en de bruid zeggen: Kom!

Jezus vertelt ons een heel belangrijke gelijkenis over het Bruiloftsmaal.

Daarop vertelde Jezus hun opnieuw een gelijkenis:

‘Het is met het koninkrijk van de hemel als met een koning die een bruiloftsfeest gaf voor zijn zoon. Hij stuurde zijn dienaren erop uit om de bruiloftsgasten uit te nodigen, maar die wilden niet komen. Daarna stuurde hij andere dienaren op pad met de opdracht: “Zeg tegen de genodigden: ‘Ik heb een feestmaal bereid, ik heb mijn stieren en het mestvee laten slachten. Alles staat klaar, kom dus naar de bruiloft!’”

Maar ze negeerden hen en vertrokken, de een naar zijn akker, de ander naar zijn handel. De overigen namen zijn dienaren gevangen, mishandelden en doodden hen. De koning ontstak in woede en stuurde zijn troepen erop af, hij liet de moordenaars ombrengen en hun stad in brand steken.
Vervolgens zei hij tegen zijn dienaren: “Alles staat klaar voor het bruiloftsfeest, maar de gasten waren het niet waard genodigd te worden. Ga daarom naar de toegangswegen van de stad en nodig voor de bruiloft iedereen uit die je tegenkomt.” 

De dienaren gingen de straat op en brachten zo veel mogelijk mensen samen, zowel goede als slechte. En de bruiloftszaal vulde zich met gasten voor de maaltijd.
Toen de koning binnenkwam om te zien wie er allemaal aanlagen, zag hij iemand die zich niet in bruiloftskleren gestoken had, en hij vroeg hem: “Vriend, hoe ben je hier binnengekomen terwijl je niet eens een bruiloftskleed aanhebt?” 

De man wist niets te zeggen. Daarop zei de koning tegen zijn hofdienaars: “Bind zijn handen en voeten vast en gooi hem eruit, in de uiterste duisternis, waar men jammert en knarsetandt.
Velen zijn geroepen, maar slechts weinigen uitverkoren.” Matth. 22: 1 -14

Het zijn eigenlijk twee gelijkenissen:
De gelijkenis van de uitnodiging en de gelijkenis van het bruiloftsmaal.

Iedereen is genodigd en mag aanzitten. Er is geen enkele beperking. Er wordt maar één eis gesteld: Zorg dat je het bruiloftskleed aan hebt.
Iedereen moet gekleed zijn in een bruiloftskleed. Deze liggen klaar, de Bruidegom heeft er zelf voor gezorgd.
Niemand kan zich verontschuldigen.
De Koning komt binnen. Hij is blij zoveel mensen te zien. Maar dan: een man, zonder bruiloftskleed, zomaar in zijn straatkloffie. Ik denk dat hij de houding had: moet kunnen. Ze moeten mij maar nemen zoals ik ben.

En: is het niet wat overdreven, iedereen in zo’n zelfde kleding. Kijk het is goed om te geloven, maar niet te overdreven, niet te vroom. De achtergrond is: autonomie. Dat is het modewoord in onze samenleving. Ik bepaal zelf, wat ik wil.

Jezus zegt tot hem: Vriend, hoe ben je hier binnengekomen. Jezus noemt hem vriend. Dan staat hij met de mond vol tanden. Hij had nog de kans zich te verdedigen; hij had de kans om neer te vallen voor de voeten van de Koning en vergeving te vragen.
Neen, hij buigt niet. Door zijn eigen schuld wordt hij van het bruiloftsmaal verwijderd.

Wat is dit bruiloftskleed? 

Vol verrukking ben ik, verrukt om de Heer, mijn ziel juicht om mijn God, want hij bekleedt mij met gewaden van heil, in een mantel van gerechtigheid hult hij mij; als een bruidegom, een priester in zijn luister, als een bruid die zich siert in haar bruidstooi. Jesaja 61:10

haar is gegeven zich te bekleden met schitterend, rein, fijn linnen! Want het fijne linnen zijn de rechtvaardige daden van de heiligen. Openb.19:6

We zien, dat van het bruidskleed drie dingen gezegd worden:

Rein / Schitterend / Fijn linnen.

Rein
Het kleed moet rein zijn, onbesmet. Het is een wit kleed, elke vlek zie je. Elke zonde geeft een vlek.
Johannes ziet op Patmos in het visioen, hoe het er uit ziet: Hierna zag ik dit: een onafzienbare menigte, die niet te tellen was, uit alle landen en volken, van elke stam en taal. In het wit gekleed en met palmtakken in hun hand stonden ze voor de troon en voor het lam.

Ze hebben hun kleren wit gewassen met het bloed van het lam. Openb.7

We zijn rein door het bloed van het Lam. Er is zoveel kracht in het bloed van het Lam. Maar als wij in het licht wandelen, zoals Hij in het licht is, dan hebben wij gemeenschap met elkaar en het bloed van Jezus Christus, zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde. 1 Joh. 1:7.

Maak mij rein voor U.
Was mijn leven schoon,
Vergeef mijn zonden.
Laat mij zijn voor U
Zuiver als uw Zoon
Heilig mij.

Schitterend, stralend, blinkend.
De Bijbel spreekt over de hemelse bruidegom al in het oude testament. Zijn volk is zijn Bruid. Dit is wat de Heer graag wil: een liefdevolle intieme relatie met Zijn kinderen.

Ik zal je voorgoed tot mijn vrouw maken, ik zal je hecht aan mij verbinden, door liefde en ontferming. Mijn vrouw zul je zijn, want ik beloof je trouw, en jij zult de HEER toegewijd zijn. Hosea 2:21

Hecht verbonden door liefde.
God heeft de mens als man en vrouw geschapen. Hij zegt: zij zullen tot één vlees zijn, dat wil zeggen één lichaam worden. Daarom waarschuwt Paulus de Corinthiërs zo tegen de ontucht.

Of weet u niet dat wie zich met een hoer verenigt samen met haar één lichaam wordt? Want de Schrift zegt: ‘Zij zullen één lichaam zijn.’ Maar wie zich met de Heer verenigt wordt met hem één geest. 1 Cor.6:16-17

Zo reëel is het één worden met Jezus. Zo wil Jezus intimiteit met ons. Samen met Hem één geest. Jezus wacht op onze volledige toewijding. Hij wacht tot u en ik zich hecht aan Hem verbinden. God heeft ons geschapen met geest, ziel en lichaam.

Toen maakte God, de HEER, de mens. Hij vormde hem uit stof, uit aarde, en blies hem levensadem in de neus.
Zo werd de mens een levend wezen.(levende ziel). De gehele mens, geest, ziel en lichaam worden door Jezus verlost.
Zoals Paulus schrijft: Moge de God van de vrede zelf uw leven in alle opzichten heiligen, en mogen heel uw geest, ziel en lichaam zuiver bewaard zijn bij de komst van onze Heer Jezus Christus. 1 Thess.5:23

In deze zelfde brief schrijft Paulus: Het is de wil van God dat u een heilig leven leidt. 1 Thess.5:3

De Geest staat als eerste. Bij, wat de Bijbel noemt ‘de natuurlijke mens’, de mens zonder Jezus, is de geest dood, speelt geen rol; de geest is helemaal opgeslokt door de ziel.
Wanneer Jezus in ons leven komt, wekt Hij onze geest tot leven. En onze geest wordt verbonden met de Geest van Jezus, met de heilige Geest.
Maar dan speelt de ziel op, samen met ons lichaam. De ziel, onze emoties, ons willen, ons denken. Paulus noemt het: jullie zijn vleselijk. Hij bedoelt: jullie zijn ziels – mensen.

Ik zeg u dus: laat u leiden door de Geest, dan bent u niet gericht op uw eigen begeerten. Wat wij uit onszelf najagen is in strijd met de Geest, en wat de Geest verlangt is in strijd met onszelf. Het een gaat in tegen het ander, dus u kunt niet doen wat u maar wilt. Galaten 5:17
Een andere vertaling zegt:
Ik bedoel dit: leef volgens de Geest, dan zult u niet toegeven aan uw zondige begeerte. Of: wandel in de Geest.
Dan heeft de geest, verbonden met de heilige Geest de leiding. Dan werkt de Geest door in ons ziele leven.

Johannes de Doper zegt van Jezus: Hij zal u dopen met de heilige Geest en met vuur. Vuur betekent niet vurig, maar het reinigende vuur. De heilige Geest komt met het vuur van de reiniging in onze ziel.
De Geest overvalt ons niet. Hij wacht totdat wij hierom vragen: Maak mij rein voor U, als gelouterd goud.
Goud wordt gelouterd, dat is ontdaan van alles wat geen puur goud is.

Het vuur van de Geest dringt door: 

in ons denken. Wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken. Rom.12:2 
in onze emoties. Onze emoties heersen niet meer ongecontroleerd over ons. 
in onze wil. Niet mijn wil maar uw wil. 
in ons lichaam. Ons lichaam reageert op onze emoties. Het reageert op angst, op haat, op wrok.

Reiniging van onze emoties werkt door in ons lichaam. Dwars door het vuur maakt u mij rein en puur.

Mozes was 40 dagen bij God op de berg Sinai. Zijn geest was al die tijd in gemeenschap met de Heer. Als hij weer beneden is, dan blijkt dat zijn gelaat een bijzondere glans heeft. Zo werkt de geest door tot in zijn lichaam.

Fijn linnen:
Wanneer de hogepriester op de grote verzoendag het heilige der heilige binnengaat, moet hij een linnen kleed en een linnen broek aantrekken.
Jezus had een linnen onderkleed, zonder naad geweven. Het fijne linnen zijn de rechtvaardige daden van de heiligen. De rechtvaardige daden.

Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld……
En bovenal, kleed u in de liefde, dat is de band die u tot een volmaakte eenheid maakt. Coloss. 3:12
Kleed je in de liefde. De liefde van Jezus.

De intieme relatie met Jezus is een liefdesrelatie.

Waar wordt deze liefde tussen de Hemelse Bruidegom en de Bruid mooier verwoord, dan in het Hooglied.

Ik ben van mijn lief
En mijn lief is van mij
Ik ben ziek van Liefde.


Wanneer je een aanraking hebt gehad van de liefde van Jezus, dan gaat je hart uit naar meer. Naar het nog meer ervaren van de nabijheid van Jezus. Je koesteren in Zijn Tegenwoordigheid. In Zijn Tegenwoordigheid, in de intimiteit met Hem, is onze geest één met de Geest van Jezus.

Dwars door het vuur.
Maakt u mij rein en puur.
Ik strek mij uit Jezus, naar meer van Uw Geest en uw heiligheid.
Ja, ik besluit, Jezus, een dienstknecht te zijn van U mijn Meester.
Steeds tot uw wil bereid. 

 foto: Wim de Vries

Actueel[toon alles]
Activiteiten[toon alles]