Het eerste visioen van Daniël over de eindtijd.





                                                                      
Printversie van dit artikel

Het eerste visioen van Daniël over de eindtijd.
Dan.7:1-2 In het eerste jaar van koning Belsassar van Babylonië had Daniël een droom, beelden kwamen in hem op tijdens zijn slaap. Hij schreef die droom op en zijn verslag begon aldus: Ik had een nachtelijk visioen...

A: Introductie: de ontwikkeling van een profetische geest.
Dan.1:17 En God schonk de vier jongemannen wijsheid, kennis en verstand van alle geschriften; bovendien was Daniël bij machte alle mogelijke visioenen en dromen uit te leggen. 

De naam Daniël betekent ‘God is rechter’; Daniël werd geboren tijdens de regering van de rechtvaardige koning Josia rond het jaar 620 v.Chr. Hij was volgens Dan.1:3 van koninklijke afkomst, en volgens de Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus stamden hij en zijn drie vrienden Chananja, Misaël en Azarja af van de familie van Zedekia, de laatste koning van het tweestammenrijk Juda.

Daniël groeide op in een tijd waarin de profeet Jeremia vele profetieën uitsprak over de toekomstige invasies van het Babylonische leger, terwijl het land Juda nog volop genoot van geestelijke opwekking en economische voorspoed tijdens de regering van Josia. Deze Josia was acht jaar oud toen hij in het jaar 640 v.Chr. koning werd en vanaf zijn 16e jaar begon hij zijn hart te richten op de God van Israël; toen hij 20 jaar oud was, begon hij het land Juda volledig te zuiveren van alle afgoderij (2Kron.34:1-3). Toen Josia 21 jaar was, begon Jeremia als profeet op te treden in het land Juda (Jer.1:2, 25:3); dat was ongeveer in het jaar 619 voor Chr. en in die tijd werd Daniël geboren. 

Josia stierf in het jaar 609 v.Chr. en werd opgevolgd door zijn zoon Jojakim, maar in zijn derde regeringsjaar begonnen de profetieën van Jeremia in vervulling te gaan. In het jaar 606 v.Chr. vond er een eerste invasie van Babylonische legers in Juda plaats, in 597 voor Chr. vond er een tweede invasie plaats, en tenslotte vond er in 586 voor Chr. de derde en grootste invasie plaats die uitmondde in de ballingschap van wat er overgebleven was van het Joodse volk in Juda.

Daniël werd echter samen met zijn drie vrienden al gedeporteerd tijdens de eerste invasie van 609 v.Chr. (Dan.1:1-3), maar zo jong als hij was, was hij zeer waarschijnlijk al degelijk opgevoed met zowel de wet van Mozes als de geschriften van de profeten. Want zodra Daniël aankwam in het koninklijke paleis van de Babylonische koning Nebucadnessar, was hij vastbesloten om zich te houden aan de voorschriften van reinheid zoals die in de wet van Mozes stonden (Dan.1:8).

Daniël was voorbereid op de nationale crisis van Juda door studie in het woord van God, en zeer waarschijnlijk ook door een levensstijl van vasten en gebed; we zien dat Daniël in deze levensstijl gedurende zijn hele verdere leven in ballingschap bleef volharden (6:11, 9:3, 10:2-3). Door zijn levensstijl bleef Daniël trouw aan de God van Israël, en daarmee daagde hij ook het goddeloze systeem van het Babylonische rijk en later ook het Perzische rijk uit. Hoewel hij een gevangene was van een buitenlandse koning, onderwierp hij zich aan God de hoogste Koning die de Rechter van de hele aarde is. 

Als gevolg van hun levensstijl van studie in het woord van God en van vasten en gebed ontwikkelden de vier vrienden een open hart in hun relatie met God, en ook cultiveerden zij een profetische geest in hun inwendige mens. Vooral Daniël werd door de Heilige Geest bekwaam gemaakt in het ontvangen van inzicht in profetische dromen en visioenen, zodat hij al zeer snel zijn eigen leven en dat van zijn vrienden kon redden (2:19).

Gebed en vasten werden bij uitstek het instrument waardoor Daniël inzicht van God ontving om te kunnen begrijpen wat er in deze moeilijke tijden gebeurde; Daniël smeekte God om genade en hij ontving inzicht in de soevereine wegen van de Heer in de turbulente politiek van zijn tijd. 

Dan.2:19b-23 Hij zei: Geprezen zij de naam van God van eeuwigheid tot eeuwigheid, want Hij bezit wijsheid en kracht. Hij verandert tijden en uren, Hij zet koningen af en stelt koningen aan, Hij geeft de wijzen hun wijsheid, en de verstandigen hun kennis. Hij onthult diepe, verborgen dingen, Hij weet wat in duister is gehuld, en het licht woont bij Hem. U, God van mijn voorouders, loof ik en roem ik, want U hebt mij wijsheid en kracht geschonken, en mij onthuld wat wij U hebben afgesmeekt, U hebt ons laten weten wat de koning verontrust. 

De eerste zes hoofdstukken van het boek Daniël vertellen vooral over de lotgevallen van Daniël en zijn drie vrienden, maar de hoofdstukken 7-12 spreken over de diverse visioenen die Daniël verspreid over een periode van verschillende jaren ontving. Wanneer wij deze visioenen bestuderen en lezen hoe Daniël daar mee omging, leren we enkele cruciale waarheden begrijpen. 

1) Een levensstijl van vasten en gebed in combinatie met studie van Gods woord opent de verborgen mysteries van de soevereine kennis die God bezit; dit spreekt van een levenslang indringend zoeken naar de kennis van God. 

2) God verlangt ernaar om Zijn Geest over ons leven uit te storten in de context van vasten en gebed; God wil de mysteries van Zijn eigen Geest toedelen aan hen die Hem met heel hun hart zoeken (Joël 3:1, Hand.2:17). 

3) Het hoofddoel van het cultiveren van een profetische geest is het leren kennen van de diepten van Gods hart door de Heilige Geest (1Kor.2:9-12), die onze geest inzicht schenkt en ons hart verlicht met kennis over Gods roeping, Zijn glorie en Zijn kracht in ons leven (Efez.1:17-19). 

4) Wanneer wij door de genade van God een profetische geest ontwikkelen, zullen we gaan ervaren dat het getuigenis over Jezus de glorieuze kern vormt van ons profetische spreken (Openb.19:10), want de Heilige Geest geeft altijd de volle eer aan Jezus (Joh.16:14). 

5) En wanneer wij een profetische geest ontwikkelen, zullen we ook gaan ervaren dat ons profeteren aangevuurd wordt door het krachtige spreken van God tot onze inwendige mens, zodat wij niet meer kunnen zwijgen. 
Amos 3:7 Zo doet God, de HEER, niets zonder dat Hij Zijn plan heeft onthuld aan Zijn dienaren, de profeten. Een leeuw heeft gebruld, wie zou er niet vrezen? God, de HEER, heeft gesproken, wie zou er niet profeteren?
Jer.20:9 Als ik denk: Ik wil Hem niet meer noemen, niet meer spreken in Zijn naam, dan laait er in mijn hart een vuur op, dan brandt het in mijn gebeente. Ik doe moeite om het in bedwang te houden, maar ik kan het niet.

B: Introductie op het eerste visioen van Daniël 7.
Koning Nebucadnessar regeerde in Babylonië van 606-562 v.Chr. en werd opgevolgd door Ewil Merodach (2Kon.25:27, Jer.52:31), die van 562-556 v.Chr. regeerde. Deze werd weer opgevolgd door Belsassar die een zoon was van Nabonidus, hij regeerde van 556-539 v.Chr. De historische opgravingen zijn niet volledig duidelijk over de juistheid van alle jaartallen en namen, maar in Jer.27:7 sprak de Heer dat Nebucadnessar, zijn zoon en zijn kleinzoon in Babylonië zouden regeren, totdat voor het Babylonische volk de tijd van oordeel gekomen was en de Babyloniërs zelf ook onderworpen zouden worden aan andere volken.

Daniël 7 functioneert als een brug tussen het historische deel van het boek Daniël en de visioenen van het apocalyptische gedeelte van dit boek; het valt op dat in de eerste zes hoofdstukken over Daniël gesproken wordt in de derde persoon (hij), terwijl in de laatste zes hoofdstukken veel over Daniël gesproken wordt in de eerste persoon (ik).

Daniël geeft zelf verslag over wat hij ziet (7:1+15+28, 8:1+15+27, 9:2, 10: 2+7, 12:5) en ook zien we dat engelen hem bij zijn naam aanspreken (9: 22, 10:11+12, 12: 4+9).
Daniël ziet in het visioen van Dan.7 een progressie van koninkrijken die gelijk is aan de progressie in Dan.2; maar in hoofdstuk 2 worden deze vier koninkrijken in hun grootsheid vanuit menselijk perspectief beschreven, terwijl in hoofdstuk 7 deze koninkrijken in hun verwoestend karakter vanuit Goddelijk perspectief worden beschreven.

Terwijl hoofdstuk 2 alleen een vervulling heeft gekend in de eeuwen voor de eerste komst van Christus, heeft hoofdstuk 7 ook vervulling gekend in diezelfde tijd, maar zal ook nog eens vervuld worden in de eindtijd. Hoofdstuk 7 heeft dus een dubbele vervulling, namelijk in de eeuwen voor de eerste komst van Christus maar ook in de eeuw voor de tweede komst van Christus.

Verder is het bijzonder boeiend om te zien dat het eerste visioen van Daniël op gelijke wijze begint als het visioen van Johannes in het boek Openbaring, want beide profeten krijgen een helder beeld van God de Vader op Zijn troon van vuur. Daaruit mogen wij begrijpen dat de troon van God in het centrum van het heelal staat, en dat de menselijke geschiedenis voortvloeit uit de troon en de soevereine heerschappij van God.
 
Dan.7:9-10 Ik zag dat er tronen werden neergezet en dat er een Oude Wijze plaatsnam. Zijn kleed was wit als sneeuw, Zijn hoofdhaar als zuivere wol. Zijn troon bestond uit vurige vlammen, de wielen uit laaiend vuur. Een rivier van vuur welde op en stroomde voor Hem uit. Duizend maal duizenden dienden Hem, tienduizend maal tienduizenden stonden voor Hem. Het hof nam plaats en de boeken werden geopend.
Openb.4:1-3 Hierna had ik een visioen. Er stond een deur open in de hemel. De stem die me eerder had toegesproken met het geluid van een bazuin, zei nu: Kom hierboven, dan laat Ik je zien wat er hierna gebeuren moet. Op hetzelfde moment raakte ik in vervoering. Er stond een troon in de hemel en daarop zat Iemand. Degene die daar zat had een uiterlijk als van jaspis en sarder, en rond de troon was een regenboog die eruitzag als smaragd. 

Daniël ontving de eerste twee visioenen uit hoofdstuk 7 en 8 tijdens de regering van koning Belsassar, waarbij hij het eerste visioen van hoofdstuk 7 ontving in het jaar 556 v.Chr (7:1) en het tweede visioen in het jaar 553 v.Chr. (8:1). Het is interessant om te zien dat Daniël deze twee visioenen al ontvangen had voordat 14 jaar later de gebeurtenissen van Dan.5 plaatsvonden met als einde de inname van de stad Babylon en de dood van Belsassar.

In het visioen van hoofdstuk 7 vindt een duidelijke progressie plaats; het visioen begint met een overzicht van vier gruwelijk wrede koninkrijken die tevoorschijn komen op het toneel van de menselijke geschiedenis. Daarna versmalt het visioen zich tot een nadrukkelijk perspectief op de kracht en de wreedheid van het vierde koninkrijk, waarna het visioen zich nog verder versmalt tot de 10 horens van het beest en tenslotte de nadruk op een kleine hoorn en zijn wereldwijde activiteiten die getuigen van grote wreedheid.

Dit patroon zien we ook in Dan.9 en Dan.10-12. Hoewel Dan.7 al een gedeeltelijke vervulling heeft gehad vóór de eerste komst van Christus, sprak Jezus over de visioenen van Daniël als een gebeurtenis die in de toekomst zullen plaatsvinden; daarbij verwees onze Heer vooral naar Dan.9:27, 11:31, 12:11; en om die reden noemde Jezus hem ook een profeet. 
Matt.24:14-16 Als het goede nieuws over het koninkrijk in de hele wereld verkondigd wordt als getuigenis voor alle volken, zal het einde komen. Wanneer jullie dus de verwoestende gruwel waarover gesproken is door de profeet Daniël, zien staan op de heilige plaats (lezer, begrijp dit goed), dan moet iedereen in Judea de bergen in vluchten. 

Het visioen van Daniël in hoofdstuk 7 is als volgt opgebouwd.
1) Dan.7:1 - de opening van het visioen.
2) Dan.7:2-8 - de openbaring van vier grote dieren uit de zee.
3) Dan.7:9-10 - de openbaring van de troonzaal van God.
4) Dan.7:11-12 - het oordeel over de vier dieren.
5) Dan.7:13-14 - de openbaring van Jezus, de Mensenzoon, en Zijn koningschap.
6) Dan.7:15-28 - de profetische interpretatie van het visioen.
7) Dan.7:28 - de reactie van de profeet Daniël.

C: De opening van het visioen.
Dan.7:1-2 In het eerste jaar van koning Belsassar van Babylonië had Daniël een droom, beelden kwamen in hem op tijdens zijn slaap. Hij schreef die droom op en zijn verslag begon aldus: Ik had een nachtelijk visioen waarin ik zag hoe de vier winden van de hemel de grote zee in beroering brachten. 

Al in het eerste jaar van de regering van Belsassar toonde de Heer een visioen aan Daniël waarmee de kortstondigheid van Belsassar’s politieke carrière werd aangetoond, want deze koning had een verdorven hart. In 17 jaar van zijn regering verwoestte hij wat zijn grootvader Nebucadnessar in 44 jaar tijd zorgvuldig had opgebouwd; en in het eerste jaar van zijn regering toonde God aan Daniël de winden van politieke ommekeer in de zee van menselijke geschiedenis.

Daniël is de tweede man in dit boek die in de nacht een droom van God ontvangt met grote politieke betekenis, want Nebucadnessar is de eerste man die in dit boek een droom ontvangt (2:1), maar dat was al in het jaar 605 v.Chr; de droom van Daniël is bijna 50 jaar later in 556 v.Chr. Beiden ontvingen dezelfde soort droom maar vanuit een totaal verschillend perspectief; bij het interpreteren van een droom moeten wij onderscheid maken tussen een symbool in een droom en een teken in een droom.

Een symbool in een droom is een geestelijk beeld dat een betekenis heeft in de natuurlijke wereld, maar een teken in een droom is een natuurlijke of een bovennatuurlijke gebeurtenis die zich in de natuurlijke wereld manifesteert maar een realiteit van de geestelijke wereld onthult, zodat wij kunnen begrijpen wat God ons zeggen wil.
Dan.10:1 In het derde jaar van koning Cyrus van Perzië werd aan Daniël, die Beltesassar werd genoemd, een boodschap geopenbaard. Het was een betrouwbaar bericht over een grote strijd. Door een visioen begreep hij het bericht. 

Door ons tweemaal een profetische boodschap van dezelfde strekking in twee verschillende dromen te geven onderstreept God het belang van de profetie. In Gen.41:1-7 ontving de farao van Egypte twee verschillende dromen die niemand kon uitleggen behalve Jozef, en hij maakte duidelijk dat de farao twee verschillende dromen over één en dezelfde gebeurtenis ontvangen had, omdat het besluit van God vaststond en Hij van plan was dit spoedig uit te voeren (Gen.41:32).

D: Vier grote dieren uit de zee.
Dan.7:3-8 Vier grote dieren rezen op uit de zee, elk met een andere gestalte. Het eerste dier leek op een leeuw maar met adelaarsvleugels. Ik zag hoe zijn vleugels werden uitgerukt, hoe het dier werd opgetild, op twee voeten overeind werd gezet als een mens en ook het hart van een mens kreeg.

Toen verscheen er een tweede dier; het leek op een beer en het had zich half opgericht. Het hield drie ribben tussen de tanden van zijn muil, en het dier werd aangespoord met de woorden: Sta op, eet veel vlees.

Daarna zag ik een ander dier; het leek op een panter, maar dan met vier vogelvleugels op zijn rug, en het had ook vier koppen. Dit dier werd macht toebedeeld.

Daarna zag ik in mijn nachtelijke visioenen een vierde dier, angstaanjagend, afschrikwekkend en geweldig sterk, met grote ijzeren tanden. Het vrat en vermaalde alles, en wat overbleef vertrapte het met zijn poten. Het verschilde van alle dieren die daarvoor verschenen waren, en het had tien horens. Toen ik naar de horens keek zag ik hoe een kleine, nieuwe horen tussen de andere opkwam; drie van de oude horens werden uitgerukt om er plaats voor te maken. En in die horen bevonden zich ogen als mensenogen en een mond vol grootspraak.
 

Profetische openbaring heeft te maken met drie verschillende componenten van openbaring, interpretatie en toepassing; openbaring en interpretatie kunnen tegelijkertijd gegeven worden maar ook gescheiden worden door de factor tijd. In deze 5 verzen ontvangen wij openbaring over wat Daniël zag of beter gezegd over wat God wilde dat Daniël zou zien; Daniël zag 4 verschillende dieren waarvan later gezegd wordt dat het vier koningen zijn.
Dan.7:17 Die grote dieren, vier in getal, duiden op vier koningen die uit de aarde zullen opkomen.

E: De profetische interpretatie vóór de EERSTE komst van Christus.
In deze interpretatie van het visioen van Dan.7 zijn deze vier dieren ofwel vier koningen dezelfde als de vier koningen die Nebucadnessar geopenbaard kreeg in zijn droom in Dan.2.

E1: Het eerste dier.
Dan.7:4 Het eerste dier leek op een leeuw maar dan met adelaarsvleugels. Ik zag hoe zijn vleugels werden uitgerukt, hoe het dier werd opgetild, op twee voeten overeind werd gezet als een mens en ook het hart van een mens kreeg. 

Deze leeuw met adelaarsvleugels is een symbool van het Babylonische rijk van 606-539 v.Chr; in de profeten worden zowel het beeld van een leeuw (Jer. 4:7, 49:19, 50:17) als het beeld van een adelaar (Jer. 49:22, Klg.4:19,Ezech.17:3+12, Hab.1:8) gebruikt om het Babylonische rijk aan te duiden. De verwijzing naar de uitgerukte adelaarsvleugels en het als een mens op twee voeten overeind gezet worden verwijst naar de vernederende ervaring van Nebucadnessar in Dan.4, waar hij door de Heer vernederd werd om zijn hoogmoed .

E2: Het tweede dier.
Dan.7:5 Toen verscheen er een tweede dier; het leek op een beer en het had zich half
opgericht. Het hield drie ribben tussen de tanden van zijn muil, en het dier werd aangespoord met de woorden: Sta op, eet veel vlees.
 

Deze beer met drie ribben in zijn bek is een symbool van het Medo-Perzische rijk dat het hoogtepunt van zijn macht beleefde tussen 538-331 v.Chr, waarbij de Perzische tak van het rijk grotere macht had dan Medië. De drie ribben in de bek van de beer symboliseren drie belangrijke koninkrijken die door het Medo-Perzische rijk werden veroverd, namelijk Lydia in 546 v.Chr, Babylon in 539 v.Chr, en Egypte in 525 v.Chr. De beer was naast de leeuw een van de gevaarlijkste roofdieren in het Midden-Oosten, en hoewel hij groter en trager was, bezat hij toch grote kracht.

E3: Het derde dier.
Dan.7:6 Daarna zag ik een ander dier; het leek op een panter, maar dan met vier vogelvleugels op zijn rug, en het had ook vier koppen. Dit dier werd macht toebedeeld. 

Deze panter met vier vleugels op zijn rug is een symbool van het Griekse rijk van Alexander de Grote; de panter is bekend om zijn snelheid en sluwheid waarmee hij op jacht gaat. Deze Alexander de Grote viel in 334 v.Chr. Klein-Azië binnen, en binnen 10 jaar had hij het hele Medo-Perzische rijk veroverd tot aan de grenzen van India, en op dat moment was hij nog maar 32 jaar. Hij veroverde grote gebieden niet alleen militair, maar bracht ook de Griekse cultuur en levensstijl over naar al de veroverde gebieden; daarom vermeldt het visioen dat de panter macht werd toebedeeld. Het hellenisme beïnvloedde de hele oude wereld, maar na de dood van Alexander viel het Griekse rijk in vier stukken uiteen; vandaar dat er wordt gesproken over vier vleugels en vier koppen.

E4: Het vierde dier.
Dan.7:7 Daarna zag ik in mijn nachtelijke visioenen een vierde dier, angstaanjagend, afschrikwekkend en geweldig sterk, met grote ijzeren tanden. Het vrat en vermaalde alles, en wat overbleef vertrapte het met zijn poten. Het verschilde van alle dieren die daarvoor verschenen waren… 

Dit vierde dier is een symbool van het Romeinse rijk dat de wereld van het Midden-Oosten gedomineerd heeft van 146 v.Chr - 476 na Chr. Het Romeinse rijk vermaalde en vertrapte vele volken, omdat er geen interesse was deze veroverde volken te ontwikkelen; de rijkdom van de volken werd gebruikt om in de onverzadigbare lusten van de Romeinen te voorzien en voor het bouwen van een steeds groter leger.

Tot zover zijn deze dieren een profetisch beeld van vier koninkrijken die een zeer grote politieke en militaire invloed hebben gehad voor de EERSTE komst van Christus. En tot zover is er een duidelijke overeenkomst tussen de visioenen van Dan.2 en 7, maar dan komt er een keerpunt in het visioen.
Dan.7:7b-8 ...en het had tien horens. Toen ik naar de horens keek zag ik hoe een kleine, nieuwe horen tussen de andere opkwam; drie van de oude horens werden uitgerukt om er plaats voor te maken. En in die horen bevonden zich ogen als mensenogen en een mond vol grootspraak. 

Vanaf dit tekstgedeelte krijgen we te maken met het profetische fenomeen dat een profetie een dubbele vervulling kan hebben; de interpretatie van het visioen in Dan.7:16-27 maakt duidelijk dat de veel grotere vervulling van dit visioen gaat plaatsvinden in de eindtijd vlak voor de TWEEDE komst van Jezus. Deze interpretatie is gebaseerd op de gedachte dat de demonische geest van het Romeinse rijk zal herleven in de eindtijd.

Daniël profeteerde 2500 jaar geleden dat het Romeinse rijk zou herleven in de generatie waarin de Heer terugkeert; en vele politieke leiders hebben dat in de geschiedenis al geprobeerd te doen. De meest succesvolle veroveraars van Europa waren Julius Caesar (100-44 v.Chr.) als laatste leider van de Romeinse Republiek, Augustus Caesar (63 v.Chr.-14 na Chr.) als de eerste keizer van het Romeinse Rijk, Karel de Grote (742-814 na Chr.) als de politieke vader van Europa, Frankrijk en Duitsland en stichter van het Heilige Romeinse Rijk of ook wel het Westerse Romeinse Rijk, de Turkse sultan Suleiman de Grote (1520-1566 na Chr.) als heerser van het Ottomaanse Rijk over een groot deel van Europa, Napoleon Bonaparte (1761-1839 na Chr.) als keizer van Frankrijk, en tenslotte Adolf Hitler.

Zoals in Daniël 2 het oude Romeinse rijk gebouwd werd op de drie voorafgaande dictaturen van Babylonië, Perzië en Griekenland, zo zal in Daniël 7 het Romeinse rijk in de eindtijd gebouwd worden op de drie voorafgaande dictaturen van het fascistische Hitler-Duitsland, het communisme van de Sowjetunie en het moslim-terrorisme, zie Openb.13:1-2. Zoals het oude Romeinse rijk in 70 na Chr. de stad Jeruzalem en de tempel verwoestte, zo zal ook het herleefde Romeinse rijk in de eindtijd proberen de stad Jeruzalem te verwoesten (Dan.9:26b-27).

F: De profetische interpretatie vóór de TWEEDE komst van Christus.
Dan.7:17 Die grote dieren, vier in getal, duiden op vier koningen die uit de aarde zullen opkomen. 

In de interpretatie van het visioen door een engel (7:16) blijkt dat deze vier koningen in de toekomst op het aardse toneel van de menselijke geschiedenis zullen verschijnen. Het is opmerkelijk dat deze vier grote dieren opkomen uit de zee, terwijl er in vers 17 sprake is van vier koningen die uit de aarde opkomen.

De zee is een profetisch beeld van de geestelijke situatie onder de volken terwijl de aarde een profetisch beeld is van de natuurlijke situatie onder de volken; de vier dieren uit de zee zijn een aanduiding van demonische machten die heerschappij voeren over de vier koningen die uit de politieke situatie van de volken te voorschijn komen. Deze koningen zijn politieke leiders of politieke systemen die beheerst worden door demonische machten, en de geestelijke drijfkracht achter deze vier machten is de haat tegen het volk Israël vanwege de Joodse Messias Jezus.

Het gemeenschappelijke kenmerk van deze laatste vier grote dictaturen uit de geschiedenis van de mensheid is de haat tegen het Joodse volk, maar ook tegen de gemeente van Jezus Christus. Daarom ben ik tot de conclusie gekomen dat de betekenis van deze vier dieren als symbolen van vier dictaturen de volgende is. 

a)
de leeuw met de adelaarsvleugels is een symbool van het fascisme van Adolf Hitler.
b) de beer is het symbool van Rusland en spreekt daarom van het communisme.
c) de panter is een geestelijk symbool van het religieuze fundamentalisme van de islam.
d) het vierde dier is de laatste dictator van de menselijke geschiedenis, de antichrist, vlak voor de tweede komst van Jezus.

F1: Het eerste dier.
Dan.7:4 Het eerste dier leek op een leeuw, maar dan met adelaarsvleugels. Ik zag hoe zijn vleugels werden uitgerukt, hoe het dier werd opgetild, op twee voeten overeind werd gezet als een mens en ook het hart van een mens kreeg. 

Het politieke symbool van Duitsland is een adelaar, maar Adolf Hitler maakte van Duitsland een verscheurend dier dat als een leeuw het Joodse volk heeft proberen te verslinden. Omdat de adelaar in de Bijbel niet het beeld is van een verscheurend dier, is het beeld van een leeuw toegevoegd om duidelijk te maken dat het om een roofdier gaat dat het volk Israël probeert uit te roeien. Het uitrukken van de vleugels van de adelaar duiden op het einde van de tweede wereldoorlog, terwijl het overeind zetten van dit dier op twee voeten een herstel aangeeft maar op een menselijke manier.

Het dier krijgt het hart van een mens waardoor het een menselijke uitstraling krijgt, maar diep van binnen is het nog steeds een roofdier. Dit geeft aan dat het meedogenloze fascisme van Adolf Hitler aan het einde van de Tweede Wereldoorlog militair gezien weliswaar verslagen is, maar de geest van het fascisme is sinds die tijd altijd aanwezig gebleven in de wereld.

We zien dit in de opkomst van ultrarechtse groeperingen, neo-nazi’s en extreem-rechtse politici in verschillende Europese landen; de geest van extreem-rechts is nog steeds aanwezig en demonstreert nog steeds zijn haat tegen het Joodse volk.

F2: Het tweede dier.
Dan.7:5 Toen verscheen er een tweede dier; het leek op een beer en het had zich half opgericht. Het hield drie ribben tussen de tanden van zijn muil, en het dier werd aangespoord met de woorden: “Sta op, eet veel vlees.” 

Zoals de adelaar een politiek symbool is van Duitsland, zo is de beer al heel lang een politiek symbool van Rusland; daarom spreekt het tweede dier van het sovjetcommunisme en van een extreem-linkse geest. Het extreem-rechtse fascisme demonstreerde vooral haat tegen de Joden, terwijl het extreem-linkse communisme vooral haat heeft gedemonstreerd tegen het christelijk geloof; maar toch zijn ook de Joden in de Sovjet-Unie vervolgd geweest.

Het kenmerk van de beer is dat het een sterke aansporing krijgt om veel vlees te eten; dit geeft aan dat er sprake is van een dictatuur die talloze mensen van het leven heeft beroofd. Het feit dat de beer drie ribben tegelijk in zijn muil heeft, geeft wel aan dat het een enorm groot en verscheurend dier is. Hoewel het communisme een flinke deuk heeft opgelopen in zijn imago, is de geest van extreem-links nog volop aanwezig in de wereld. Landen als China en Noord-Korea hanteren het communisme nog steeds als politieke leidraad, en in die landen wordt de gemeente van Jezus nog steeds vervolgd.

F3: Het derde dier.
Dan.7:6 Daarna zag ik een ander dier; het leek op een panter, maar dan met vier vogelvleugels op zijn rug, en het had ook vier koppen. Dit dier werd macht toebedeeld. 

De panter of luipaard komt 6 keer voor in het Oude Testament, en wordt ook beschreven als een roofdier, maar in profetische taal is het bekend dat de panter een symbool is van religie die zich verzet tegen de Leeuw van Juda, dat is Jezus. Het gemeenschappelijke kenmerk van deze roofdieren is hun haat tegen het Joodse volk, omdat Jezus de Koning der Joden is; daarom spreekt dit derde dier vooral van de islam, omdat de islam ook een zeer sterke haat koestert tegen het Joodse volk.

Toch wordt de panter hier omschreven als een minder verscheurend dier dan de leeuw en de beer, wat zou kunnen aanduiden dat het minder effectief is in het vervolgen van het Joodse volk. De verklaring daarvoor is vrij logisch, omdat Israël sinds 1948 een eigen staat heeft en een eigen militair apparaat; de Joden zijn beter beveiligd in het eigen land dan in andere landen van de wereld. 

De kracht van deze panter zit niet in zijn klauwen, maar in zijn vier koppen en vier vleugels; dit lijkt een symbool te zijn van een politiek systeem dat zich snel kan verplaatsen en overal kan toeslaan. Dit zien we in de vele terroristische aanslagen door moslim-extremisten die over de hele wereld plaatsvinden; 11 september 2001 is een belangrijk moment geweest. De moslims zullen niet in staat zijn om via militaire macht Israël te verslaan, en daarom zullen extremistische moslims via aanslagen de wereld onder druk zetten om zich terug te trekken van Israël.

De macht van deze panter bestaat vooral uit politieke intimidatie en grote druk uitoefenen d.m.v. terroristische aanslagen. De macht van deze geest is nog niet gebroken.

F4: Het vierde dier.
Dan.7:7 Daarna zag ik in mijn nachtelijke visioenen een vierde dier, angstaanjagend, afschrikwekkend en geweldig sterk, met grote ijzeren tanden. Het vrat en vermaalde alles, en wat overbleef vertrapte het met zijn poten. Het verschilde van alle dieren die daarvoor verschenen waren, en het had tien horens. 

Er bestaat geen dier in de natuur dat te vergelijken is met het monster dat hier beschreven wordt; de enige vergelijking die wij in de Bijbel vinden zijn de draak uit Openb.12:3 en het beest uit Openb.13:1. En deze vergelijking klopt ook want dit verscheurende dier uit Dan.7 is hetzelfde dier als het beest uit Openb.13; beide beschrijvingen hebben betrekking op de antichrist, die de personificatie is van de duivel ofwel de draak uit Openb.12.

We hebben hier te maken met de laatste en meest verschrikkelijke dictator die de menselijke geschiedenis ooit heeft voortgebracht. De antichrist is in alle opzichten het volledig tegenovergestelde van Christus, want Jezus Christus is God die Mens geworden is, terwijl de antichrist de duivel in mensengedaante is, niet figuurlijk maar letterlijk! Wat zijn politieke macht betreft onthult Openb.13 ons een heel belangrijk gegeven.
Openb.13:1-2 Toen zag ik uit de zee een beest opkomen. Het had tien horens en zeven
koppen; het had een kroon op elke horen, en er stonden godslasterlijke namen op zijn koppen. Het beest dat ik zag leek op een panter, met poten als van een beer en een bek als de muil van een leeuw. De draak droeg zijn kracht en heerschappij en gezag aan het beest over.
 

Uit vers 2 blijkt dus dat de politieke macht van de antichrist de optelsom zal zijn van de drie voorafgaande dictaturen, m.a.w. de macht van de antichrist is de macht van het fascisme, het communisme en het religieuze fundamentalisme bij elkaar opgeteld en dat op een wereldwijde schaal. De ontknoping van de menselijke geschiedenis vindt plaats d.m.v. een dramatische explosie van het kwaad in de vorm van een wereldwijde dictatuur.
Dan.7:23 Dat vierde dier duidt op een vierde koninkrijk dat op aarde zal komen, anders dan andere koninkrijken, en dat de hele aarde zal verslinden, vertrappen en vermorzelen. 

Op diverse plaatsen in het boek Daniël en in het boek Openbaring wordt duidelijk gemaakt dat de antichrist zeven jaar aan de macht zal zijn, waarbij hij halverwege zijn ware gezicht zal laten zien. De laatste 3,5 jaar zal hij op monsterachtige wijze tekeer gaan, en Jezus heeft duidelijk gemaakt dat er nooit een periode in de geschiedenis van de mensheid is geweest die zo verschrikkelijk was als deze laatste 3,5 jaar. En wanneer deze periode niet ingekort zou worden, zou geen enkel mens op aarde het overleven.
Matt.24:21-22 Want het zal een tijd zijn van enorme verschrikkingen, zoals er sinds het ontstaan van de wereld tot nu nooit geweest zijn en er ook niet meer zullen komen. En als die tijd niet verkort zou worden, dan zou geen enkel mens worden gered; maar omwille van de uitverkorenen zal die tijd worden verkort.

G: De antichrist in Daniël 7.
Dan.7:7b-8 ...en het had tien horens. Toen ik naar de horens keek zag ik hoe een kleine, nieuwe horen tussen de andere opkwam; drie van de oude horens werden uitgerukt om er plaats voor te maken. En in die horen bevonden zich ogen als mensenogen en een mond vol grootspraak.
Dan.7:24-25 Die tien horens duiden op tien koningen die uit dat koninkrijk zullen opstaan, maar na hen zal een andere opstaan, anders dan alle vorige, en deze zal drie koningen ten val brengen. Hij zal in opstand komen tegen de Hoogste God, en de heiligen van de Hoogste onderdrukken. Hij zal proberen hun feesten en hun wet te veranderen, en zij zullen aan zijn heerschappij zijn overgeleverd voor één tijd, een dubbele tijd en een halve tijd. 

Het visioen van Dan.7 bestaat uit een profetie over vier beestachtige koninkrijken en komt tot een climax in een persoon die als een kleine horen omschreven wordt; deze kleine horen vervangt drie andere horens en is een specialist in grootspraak tegen de allerhoogste God en de heiligen ofwel de gelovigen in God. Daniël ziet deze kleine horen als een onderdeel van het allerwreedste van de vier koninkrijken dat alles vernietigt wat het maar op zijn pad tegenkomt.

Daniël ziet ook hoe deze kleine horen vernietigd wordt (7:11), nadat de troon van God openbaar is geworden (7:9-10); Daniël ziet dus de afloop van de kleine horen, maar is toch verbijsterd over de autoriteit waarmee deze persoon alles en iedereen om zich heen kan opvreten, vermalen en vertrappen. Zijn reactie over dit visioen is veelzeggend, en hij vraagt om een verklaring van het visioen.
Dan.7:15-16 Ik, Daniël, was tot in het diepst van mijn gemoed geraakt; de visioenen die door mijn hoofd gingen brachten mij in verwarring. Ik wendde me tot een van de omstanders en vroeg hem naar de ware betekenis van dit alles. 

Eerst krijgt Daniël een algemene verklaring van het visioen van de vier grote dieren (7:17), en meteen daarop krijgt hij de geweldige eeuwige einduitslag van het hele visioen.
Dan.7:18 Daarna zullen de heiligen van de hoogste God het koningschap ontvangen, en zij zullen het koningschap altijd behouden, voor eeuwig en altijd. 

Maar Daniël is met deze verklaring niet werkelijk tevreden, en daarom vraagt hij om een meer gedetailleerde uitleg van het vierde dier met de 10 horens en de kleine horen waarvoor drie andere horens moesten wijken (7:19-20). Hij heeft namelijk gezien hoe deze kleine horen oorlog voert tegen de heiligen van God en in staat is om hen te overwinnen, totdat het moment aanbreekt waarop de allerhoogste God recht verschaft aan de heiligen (7:21-22). En daarop krijgt hij een gedetailleerde verklaring van het vierde dier.
Dan.7:23-25 Hij zei: Dat vierde dier duidt op een vierde koninkrijk dat op aarde zal komen, anders dan alle andere koninkrijken, en dat de hele aarde zal verslinden, vertrappen en vermorzelen. Die tien horens duiden op tien koningen die uit dat koninkrijk zullen opstaan, maar na hen zal een andere opstaan, anders dan alle vorige, en deze zal drie koningen ten val brengen. Hij zal in opstand komen tegen de hoogste God, en de heiligen van de hoogste onderdrukken. Hij zal proberen hun feesten en hun wet te veranderen, en zij zullen aan zijn heerschappij zijn overgeleverd voor één tijd, een dubbele tijd en een halve tijd. 

In deze verklaring krijgt Daniël voor het eerst inzicht in de komst van de antichrist, de grootste dictator uit de menselijke geschiedenis; in de volgende drie visioenen van Dan.8, Dan.9 en Dan.10-12 zal hij nog veel meer inzicht ontvangen in de komst van de antichrist en waarom deze zoveel macht zal ontvangen om de heiligen van God voor een bepaalde tijd te kunnen overwinnen, totdat de gerechtigheid van God zegeviert en de antichrist vernietigd wordt, en waarna de heiligen van God voor eeuwig het koningschap ontvangen.
Dan.7:26-27 Dan zal het hof plaatsnemen en zal hem zijn heerschappij ontnomen worden, hij zal voor eeuwig verdelgd en vernietigd worden. Het koningschap, de heerschappij en de grootheid van alle koninkrijken onder de hemel zullen gegeven worden aan het volk van de heiligen van de hoogste God. Zijn koningschap is een eeuwig koningschap en alle machten zullen Hem dienen en gehoorzamen.

H: Een tweevoudig struikelblok.
Er is in het visioen van Dan.7 sprake van een tweevoudig struikelblok; in de eerste plaats is er sprake van hevige vervolging van de heiligen van God, en in de tweede plaats is er sprake van grote misleiding door de antichrist. De grote vraag is hoe een liefdevolle God bewust kan toestaan dat Zijn eigen volk overgeleverd wordt aan de macht van een dergelijke wrede tiran, en waarom het bovendien mogelijk is dat de rest van de mensheid zo enorme misleid kan worden door deze dictator.

We zullen in de eindtijd vele, vele malen met deze vraag worden geconfronteerd, en dezelfde soort vraag moeten wij nu al onder ogen zien in de vorm van de vraag waarom God kleine kinderen honger laat leiden of zoveel oorlogen en rampen op de aarde toestaat. Of waarom zoveel kinderen slachtoffer zijn van de seksindustrie in allerlei landen in de wereld, en waarom toch de holocaust van de Tweede Wereldoorlog mogelijk is geweest.

Daniël is diep verontrust over de soevereine Goddelijke permissie voor de hevige vervolging van Gods volk (7:15+28), en in de latere visioenen zal hij nog veel meer worden geconfronteerd met grote verwoesting van Gods volk (8:11-12, 9:26b-27, 11:31-36, 12:1). Daarom blijft hij zich voortdurend uitstrekken naar meer inzicht in de visioenen over de eindtijd (8:15,17, 27, 9:21-23, 10:2-3, 11-12). 

Om deze reden moeten ook wij dit visioen bijzonder serieus nemen, want de antichrist zal alles op alles zetten om de harten van zowel gelovigen als ongelovigen te misleiden; Jezus heeft ons bijzonder gewaarschuwd tegen elke vorm van misleiding of de bedwelming door het dagelijkse leven (Luc.21:8+34). De engel beantwoordt de vraag van Daniël over het lijden van Gods volk niet, maar hij bevestigt alleen dat het waar is voor een beperkte tijd en dat God deze onderdrukker van Zijn volk zal vernietigen.

Van Daniël wordt aandacht en geduld gevraagd, want dit eerste visioen ontving hij in 556 v.Chr (7:1), het tweede visioen in 553 v.Chr. (8:1), het derde visioen in 539 v.Chr. (9:1), en het vierde visioen in 536 v.Chr. (10:1). Tussen het eerste en vierde visioen zat dus een periode van ongeveer 20 jaar. Zo geldt ook voor ons dat wij ons nu al grondig moeten voorbereiden op de komst van een dictator die misschien pas over 20 jaar of later op het toneel van de wereldgeschiedenis zal verschijnen.

We worden indringend gewaarschuwd door Jezus in Matt.24-25, door Paulus in 2Tess2:3-12, 1Tim.4:1-2, 2Tim.3:10-4:5, en door Johannes in Openb.13. Wij worden door zowel Petrus als Paulus indringend opgeroepen om ons voor te bereiden d.m.v. een heilige levensstijl en een verwachtingsvol hart (2Petr.3:10-18, 2Tess.2:13-17).

De beste manier om ons voor te bereiden is een levensstijl van gebed (Marc.13:37, 1Petr.4:7), en door vooral veel aandacht te geven over de Bijbelse informatie betreffende de eindtijd.
Dan.7:28 Hier eindigt mijn verslag. Wat mij, Daniël, betreft, mijn gedachten brachten mij geheel in verwarring en ik werd bleek; ik koesterde die woorden in mijn hart.

J: Het centrale thema van Gods soevereine plan.
Dan.7:13-14 In mijn nachtelijke visioenen zag ik dat er met de wolken van de hemel Iemand kwam die eruitzag als een Mens. Hij naderde de oude Wijze en werd voor Hem geleid. Hem werden macht, eer en het koningschap verleend, en alle volken en naties, welke taal zij ook spraken, dienden Hem. Zijn heerschappij was een eeuwige heerschappij die nooit ten einde zou komen, Zijn koningschap zou nooit te gronde gaan. 

Het centrale thema van Gods soevereine plan in de eindtijd is om de natuurlijke realiteit van de aarde te verbinden met de bovennatuurlijke realiteit van de hemel; dat is de kern van het grote mysterie van God (Efez.1:9-10).

Om die reden kwam Jezus bij Zijn eerste komst naar de aarde om alle dingen weer met de Vader te verzoenen (2Kor.5:19-21, Kol.1:20), en om diezelfde reden zal Jezus bij Zijn tweede komst Zijn heerschappij op de hele aarde vestigen (Dan.7:13-14) voor de periode van 1000 jaar (Openb.19:4-6).

We noemen deze periode het duizendjarige vrederijk waarin Jezus alle dingen op de aarde aan Zichzelf zal onderwerpen, maar na afloop van dit millennium zal Jezus de hele schepping inclusief Zichzelf volledig aan de Vader onderwerpen (1Kor.15:25-28). Daarna worden er een volledig nieuwe hemel en nieuwe aarde geschapen (Openb.21:1), en vanaf dat moment zal de troon van God definitief temidden van de volken op aarde aanwezig zijn (Openb.21:3-5).

God de Vader overziet het hele plan volledig en Hij kent de goede afloop (Dan.7:11-12, 26-27, Openb.19:19-20), en Hij zal de heerschappij over de aarde aan Jezus Christus geven (Openb.11:15). Het is altijd Gods plan geweest om de heerschappij over de aarde aan een Mens te geven (Ps.2:7-9), waarmee de Vader het oorspronkelijke plan van de schepping (Gen.1:26-27) in ere zal herstellen (Hand.3:20-21). 

Maar God de Vader zal de heerschappij over de aarde niet alleen aan Jezus de Zoon geven (Dan.7:14), maar ook aan alle heiligen die deel uitmaken van het volk van God (Dan.7:18, Openb.5:9-10, 20:4-6). God heeft als de Vader een vurig verlangen dat Zijn Zoon Jezus de heerschappij over de aarde als een Bruidegom zal delen met het volk van God als de Bruid van Christus in een geest van zachtmoedigheid (Matt.5:5).

In de eindtijd gaat God Zijn volk daarom voorbereiden op eeuwige heerschappij d.m.v. totale overwinning over satan en al zijn duistere praktijken. Om die reden staat God in Zijn soevereine wijsheid toe dat de duivel d.m.v. de antichrist voor een beperkte tijd volledige overwinning zal hebben over de trouwe gelovigen in God (Dan.7:21-25, Openb.13:5-7).

God heeft een soevereine strategie waarin de gelovigen satan geestelijk zullen overwinnen in hun liefde voor Jezus, terwijl de antichrist hen fysiek zal overwinnen door hen te doden (Openb.12:11). Hoe heftig de eindtijd ook zal zijn, toch gebruikt God de minst zware middelen om het grootst mogelijke aantal mensen te bereiken op het diepste niveau van hun hart zonder hun vrije wil geweld aan te doen, en hen zo voor te bereiden op hun functie als toekomstige heersers over de aarde. 

Gods plan is om een volledig voorbereide Bruid als de eeuwige partner van Jezus naast Hem op de troon te zetten om voor eeuwig samen met Jezus de Bruidegom over de aarde te regeren (Openb.3:21). Om die reden moeten de gelovigen consequent weerstand bieden tegen satan en de zonde terwijl zij nog op de aarde zijn als een onderdeel van Gods plan voor hun leven in de eeuwigheid.

Onze liefde voor Jezus en onze gehoorzaamheid aan Hem temidden van zulke heftige omstandigheden zijn het bewijs van onze eeuwige waardigheid (2Tess.1:5) om samen met Christus te mogen heersen over de nieuwe aarde. God zal Zijn eeuwige waardesysteem in het hart van de Bruid van Christus vestigen, en Hij zal daarvoor de laatste dictator van de menselijke geschiedenis gebruiken voor de periode van 3,5 jaar om ons te heiligen, te zuiveren en te louteren (Dan.11:33-35, 12:10).

K: Leven in de tegenwoordigheid van de vurige troon.
Dan.7:9-10 Ik zag dat er tronen werden neergezet en dat er een Oude Wijze plaatsnam. Zijn kleed was wit als sneeuw, Zijn hoofdhaar als zuivere wol. Zijn troon bestond uit vurige vlammen, de wielen uit laaiend vuur. Een rivier van vuur welde op en stroomde voor Hem uit. Duizend maal duizenden dienden Hem, tienduizend maal tienduizenden stonden voor Hem. Het hof nam plaats en de boeken werden geopend.

K1: Het voorbeeld van Daniël.
Het boek Daniël helpt ons geestelijk te groeien in verschillende belangrijke gebieden. 

1) Het boek Daniël helpt ons om een diepe geestelijke intimiteit te ontwikkelen met Jezus, de Koning der koningen, en met de Vader, de rechtvaardige Rechter van de aarde. In deze intieme relatie ontwikkelen wij de essentiële identiteit van ons hart, en ook bereiden wij ons hart voor op de stormen van het leven die zullen uitmonden in de stormen van de eindtijd. 

2) Het boek Daniël bevat zeer belangrijke sleutels tot het openen van het boek Openbaring en alle Bijbelse profetieën over de eindtijd. 

3) De profeet Daniël is een voorbeeld van een persoon die vanaf jeugdige leeftijd leerde om te leven in een specifiek gebied; al vanaf zijn vroege jeugd ontwikkelde hij kennis over God, en door de genade van God ontwikkelde hij zich als een demonstratie van dankbaarheid en liefde voor God. Tengevolge daarvan kwam hij terecht in een proces van zegeningen en moeilijkheden die zachtmoedigheid, grotere diepte in de kennis van God en een krachtige profetische geest in hem ontwikkelden. Deze levensstijl was een geschenk van God aan de generatie waarin Daniël leefde, maar ook aan de generatie van de eindtijd; op dit moment roept God een nieuwe generatie Daniëls tevoorschijn en Hij wacht op ons antwoord. 

4) Daniël zocht de kennis van God door een levensstijl van vasten en gebed, en de Heer openbaarde Zichzelf door Zijn geschreven woord. De belangrijkste openbaring over God was voor Daniël het feit dat God de Rechter is over de hele schepping, en deze openbaring vinden we dan ook terug in de naam Daniël. Hij vormde zijn leven als een liefdevolle reactie op de openbaringen die God hem gaf via dromen en visioenen, en God zag de reactie van Daniël en beloonde hem daarvoor. God beloonde Daniël met grotere geestelijke openbaring die hem in zowel koninklijke paleizen als in een leeuwenkuil brachten maar in beide plaatsen leerde Daniël God beter kennen. Daniël werd in de hemel gezien als een zeer geliefde man in de ogen van God (Dan.9:23, 10:11, 19), en waar Daniël zich ook bevond, hij wist altijd dat God zijn rechtvaardige Rechter zou zijn.

K2: Het principe van het hemelse perspectief.
Het grote belang van het visioen over de hemelse troon van vuur is dat wij daar leren om het leven en de menselijke geschiedenis te zien vanuit het perspectief van de Oude Wijze op Zijn vurige troon in de hemel. Daardoor ontwikkelen wij een visie op ons eigen leven en op de wereld om ons heen vanuit de vurige visie van God en ons partnerschap met Hem in Zijn eeuwige perspectief (Efez.2:4-7).

Het opmerkelijke is dat Daniël niet één maar verschillende tronen neergezet zag worden, en daarmee zag hij hetzelfde als wat de apostel Johannes ongeveer 650 jaar later ook zou zien; want Johannes zag in de visioenen van het boek Openbaring ook de troon van God, maar daarnaast nog 24 andere tronen (Openb.4:2-4).

Wereldse koninkrijken komen en gaan, maar de Rechter op de troon in de hemel is eeuwig en Zijn rechterstoel is de hoogste van allemaal. Wanneer wij voor de troon van de Oude Wijze staan en Zijn beoordeling over ons leven te horen krijgen, is er beslist geen enkele mogelijkheid meer om in hoger beroep te gaan, want Zijn troon is onveranderlijk en eeuwig.
Zijn witte kleding en Zijn witte hoofdhaar spreken van volmaakte zuiverheid en heiligheid, en Zijn rechtspraak is volmaakt rechtvaardig en volledig onpartijdig (Jes.11:3-5); het vuur van Zijn troon zal de harten van mensen testen in al hun daden en motieven (1Kor.3:13, 5:15, 2Kor.5:10). God de Vader en God de Zoon zijn één in wezen en volkomen aan elkaar gelijk, en daarom toont het boek Openbaring Jezus ook met witte haren en ogen als vlammend vuur (Openb.1:14).

En net zoals Jezus in de tegenwoordigheid van de Vader op Zijn vurige troon werd gebracht (Dan.7:13), zo worden ook wij uitgenodigd om te leven in de nabijheid van deze vurige troon om ons koude hart voortdurend te plaatsen in de tegenwoordigheid van het vreugdevuur van Gods Vaderhart, waar wij verteerd worden door de vurige passie van Hem die op de troon zit. Daarover gaat het in dit document van Daniël 7.
Jes.33:14b Wie van ons kan wonen in verterend vuur? Wie kan wonen in vuur dat eeuwig brandt? 

Artikelen over het 2e, 3e en 4e visioen vindt u via de links hieronder:
Het tweede visioen van Daniël over de eindtijd. (Dan.8)
Het derde visioen van Daniël over de eindtijd. (Dan.9)
Het vierde visioen van Daniël over de eindtijd. (Dan 10-12)

V.v.d.B. (Vriend van de Bruidegom)

Zie voor meer studies over dit onderwerp op de website van Vriend van de Bruidegom Hefzibah 

 

 

 

Actueel[toon alles]
Activiteiten[toon alles]